De innovatie die het niet haalde – van ondernemer van het jaar naar een faillissement
Interview Maja Rudinac – Zorgrobot LEA
In 2019 werd ze Ingenieur van het Jaar, een paar maanden later ging ze failliet. Dat je bij de dag moet leven leerde Maja Rudinac al als opgroeiend kind in Servië. Vanuit dat besef vocht ze vorig jaar met alle kracht voor haar innovatie: zorgrobot LEA. Alle seinen stonden op groen, iedereen was weg van het product, en toch haalde de innovatie het niet. Een van de investeerders was InnovationQuarter. In gesprek met Maja blikken we terug. Waar ging het mis? Innovatie is namelijk een ontdekkingstocht, waar succes én falen bij horen. De vraag is hoe we samen de geleerde lessen kunnen benutten. Zodat we samen kunnen verbeteren, vallen, opstaan en opnieuw proberen.
Het was de zomer van 1990. Warm, ontspannen, ze voelde zich een gelukkig kind. Haar ouders hadden plannen gemaakt voor die zomer. Een lange vakantie, met het gezin. Ze besloten de reis een paar maanden uit te stellen. Dan zou dochter Maja iets groter zijn en er meer van meekrijgen. Zelf hadden ze dan ook wat langer vrij van werk. Het werd een paar maanden later. En toen brak de Joegoslavische burgeroorlog uit.
“We hebben die vakantie nooit meer gemaakt. Op dat moment leerde ik als kind de les: vandaag heb je je kans. Pak hem. Je weet niet wat er morgen gebeurt. Vandaag is de dag waarop je een verschil kunt maken in deze wereld.”
Maja Rudinac volgt haar studie in Servië, elektrotechniek met een specialisatie in AI, en wordt daarna gevraagd voor een promotieplek aan de TU Delft in het robotica-instituut bij prof. dr. Pieter Jonker. Samen met Jonker begint ze in 2015 de startup Robot Care Systems en ontwikkelt ze zorgrobot LEA. LEA ondersteunt patiënten die lijden aan Parkinson, om weer te lopen, te dansen en van het leven te genieten. De robot voelt aan wanneer de patiënt stokt in zijn pas (een zogenaamde freeze), remt automatisch wanneer de patiënt te ver voorover helt, houdt afspraken bij en begeleidt de gebruiker bij zijn fysioprogramma. In 2016 steekt een consortium van investeerders, waaronder InnovationQuarter, Rabobank Regio Den Haag, CZ en Lobeco, € 5 miljoen euro in de innovatie. In 2019 ontvangt Rudinac uit handen van prinses Beatrix de prins Friso Ingenieursprijs. Een paar maanden later wordt het faillissement uitgesproken.
“We waren er kapot van. Heartbroken. In januari 2019 stonden we nog op innovatiebeurs CES bij de stand van Amazon, in maart ontvingen we de Ingenieur-van-het-jaaraward. Iedereen was wég van ons product; patiënten, fysiotherapeuten, zorginstellingen, investeerders, distributeurs, de overheid. Niemand kon voorspellen wat er een paar maanden later zou overblijven van die voorspoed en onze plannen. Ik dacht weer even terug aan die zomer uit mijn jeugd. Pluk de dag, je weet niet wat er morgen gebeurt. Vandaag moet je het verschil maken.”
“De expliciete reden dat we het niet gehaald hebben: we hebben in Nederland geen scale-upinvesteerders kunnen vinden. En elke buitenlandse investeerder die wél bereid was te financieren, vroeg ons om met IP-rechten en al uit Nederland weg te verhuizen. Maar dat is niet mogelijk als je grote investeringen hebt ontvangen vanuit de Nederlandse overheid. Logisch ook. Dus we zaten enigszins opgesloten.”
“Het zorgsysteem zit ook in een spagaat. De lifecycle van medische investeringen is gewoon ontzettend lang. Tussen het moment dat het product volledig voldoet aan de criteria en het moment dat het product volledig vergoed wordt door zorgverzekeraars zit gemiddeld 12 jaar. Tegen de tijd dat je je innovatie op de markt hebt, is het al geen innovatie meer. En vanwege die lange doorlooptijd is het ook ontzettend moeilijk om investeerders aan boord te krijgen. In Nederland willen investeerders het liefst zien dat je in het eerste jaar al met winst je eigen broek op kunt houden. Wat voor de zorg geldt, geldt overigens ook voor de energietransitie. Die investeringen hebben ook lange lifecycles. Overheidsgefinancierde fondsen zouden nog meer strategische partnerschappen met private VC’s kunnen sluiten om dit soort investeringen mogelijk te maken.”
“Je moet natuurlijk altijd milestones halen om tranches geld te ontvangen. Met die deadlines kunnen investeerders best wat flexibeler omspringen. Als een onderneming de milestone misschien niet op de dag nauwkeurig haalt, maar twee of drie weken later wel, dan levert dat voor de investeerder geen al te groot probleem op. De startup, daarentegen, is onmiddellijk in gevaar. De timing van die tranches is cruciaal. Als het geld later komt, dan kun je je leveranciers niet betalen, als leveranciers drie maanden later leveren, dan komt het product drie maanden later op de markt en wordt je winst uitgesteld…etc.”
“We hebben hier veel slimme mensen, veel talent, Nederland heeft een enorm potentieel. Maar waar we minder goed in zijn, is de scale-upfase. Onze startups, waar we toch al veel in hebben geïnvesteerd, verder brengen naar het niveau van een corporate. We waren heel blij dat InnovationQuarter ons bij een aantal grotere investeerders introduceerde. Maar dat kan breder. Ik denk aan een scale-upacademie die je verbindt aan grote investeerders, die helpt met je pitchdecks en financial decks, die je echt in het hele proces begeleidt. Daarbij kunnen partijen als InnovationQuarter een grote rol spelen.”
“Groeikapitaal is in Nederland niet voor alle sectoren en levensfases voldoende beschikbaar. Vaak zien we dat private investeringsfondsen in een bepaalde fase en binnen een bepaalde sector investeren. InnovationQuarter is een lifecycle-investeerder die vanuit de drie fondsen investeert in verschillende fases en sectoren. Dat doen we met financieringsinstrumenten en voorwaarden die afgestemd zijn op elke van die fases.”
“Naast kapitaal zien we inderdaad dat begeleiding en toegang tot talent en markt van cruciaal belang is voor ondernemers. Daarom is InnovationQuarter afgelopen jaar gestart met de Impact Academy, een groeiprogramma voor onze scale-ups. Ook hebben we een investor-readiness-programma uitgerold, waarin 10 ondernemers in 10 weken toewerken naar een succesvolle financieringsaanvraag. Uit de enthousiaste reacties van de ondernemers merk je de sterke behoefte die er is aan kennisdeling en begeleiding. Bij ondernemen komt nu eenmaal veel kijken.”
“Na het faillissement van Robot Care Systems kreeg ik heel veel aanbiedingen. Ik had makkelijk kunnen verhuizen naar een andere plek en daar verder kunnen gaan. Maar ik wil het híer beter maken. Ik wil niet naar Silicon Valley, ik wil Silicon Valley naar Nederland halen. Dus ik heb een scale-up daar overtuigd om hier een vestiging te openen en een deel van de productie naar hier te halen. Vanuit Nederland bedienen we nu de Europese markt. Ik wil de economie híer empoweren. En ik wil de vlam uitdragen naar andere delen van de wereld, vertellen hoe innovatief dit land is.”
“Ik denk niet dat het systeem me in de steek heeft gelaten. Innovatie is een ontdekkingstocht. De overheid, onze aandeelhouders, de distributeurs, iedereen heeft de beste intenties gehad. Ik heb ook veel steun ervaren via het innovatiekrediet van RVO. Ik ben juist ongelooflijk dankbaar voor al die hulp. We hadden dit alles niet kunnen bereiken zonder.”
“Wat onze case laat zien is dat we het gat van de scale-ups nog niet goed hebben afgedekt. Dat betekent niet dat alles wat we voor startups doen bijvoorbeeld, verkeerd is. We hebben World Startup Factory, CIC, we hebben YES!Delft, veel incubators, de Amsterdam Campus, Brainport Eindhoven, InnovationQuarter, Innovatiekrediet. In de R&D-fase van bedrijven doen we het erg goed als land, zou ik zeggen. We moeten voor scale-ups gewoon leren van onze ervaringen. Daar help ik heel graag bij. Ik werk nu samen met de Economic Board om het financieringssysteem voor energie-investeringen te verbeteren.”
“Als je iets maakt en je brengt het naar de ontvanger, dan zie je hoe jouw innovatie een leven verbetert. Dat is alles waard.” Ze verzinkt even in gedachten. “Als ik zie hoeveel effort niet alleen ik, maar vooral mijn fantastische team erin heeft gestoken… Dat kan me nog steeds ontroeren. We hebben er weekenden, nachten ingestoken. Zelfs op de donkerste momenten, zelfs als ze niet wisten of ze hun salaris zouden ontvangen aan het eind van de maand, toch bleven ze met volle inzet hun werk doen.”
“Dus weet je, het maakt niet uit dat wij als bedrijf nu niet zijn geslaagd. Zelfs als een ander bedrijf de innovatie weer oppakt en ervoor zorgt dat mensen met Parkinson weer kunnen lopen, dan zijn onze ervaringen het waard geweest.”
“Ja, maar hoe verbeter je anders dingen? Wat bereik je als je loslaat? Als iedereen nou z’n handen van ons had afgetrokken had, dan was het een ander verhaal geweest. Maar dit land heeft ons enorm geholpen bij onze innovatie. Iedereen was betrokken, van overheid tot journalist tot zorginstelling.”
“Als iedereen met een gebroken hart het land uitvlucht of wegrent, dan verschuiven we het probleem naar de volgende innovatie. Wij zijn niet de enigen met dit probleem. Hopelijk komen er nog honderdduizenden prachtige innovaties die de wereld gaan veranderen. Laten we het hen zo makkelijk mogelijk maken. Vandaag heb je je kans. Pak hem.”
“De zorgsector is gewoon een ontzettend lastige markt om tussen te komen als startup. Tot het moment dat je geld gaat verdienen ben je, zoals Maja zegt, inderdaad 8 tot 12 jaar bezig. Voor grotere bedrijven is het makkelijker om een nieuwe product naast hun bestaande lijn ontwikkelen, omdat ze al geld verdienen of al een basisproduct hebben. Een startup die een nieuw product lanceert, moet álles nog aantonen: effectiviteit, veiligheid, marktvaliditeit, intended use. Het is ongelooflijk moeilijk om voor die langdurige R&D- en trialperiode investeerders aan je te blijven binden als startup. Daarbij wordt de markt beheerst door een paar grote spelers. Je ziet ook vaak dat startups op den duur een strategisch partnerschap met zo’n grotere partij aangaan.”
“We zien dat de zorg risicomijdend ingericht is. En met een reden natuurlijk: de waarde die daaronder ligt is dat we de zorg toegankelijk en betaalbaar willen houden voor iedereen. Om technologische innovaties toch mogelijk te maken, proberen we als business developers bij InnovationQuarter verandering in de zorg te stimuleren, zodat innoveren makkelijker wordt. De zorg moet daarvoor meer outcome-based gaan opereren: d.w.z. gericht op de beste uitkomst voor de patiënt, gezamenlijk beslissen en een andere bekostiging gericht op minder mensen ziek of meer mensen beter. Nu krijg je nog betaald per ziekte of behandeling.
Om outcome-based healthcare mogelijk te maken moet je de héle keten innoveren. Alle spelers moeten aan tafel zitten bij dit gesprek: van verzekeraar tot gemeente, van huisarts tot patiënt. Via het programma ZorgTech stimuleren we die nieuwe samenwerkingen en businessmodellen. Zorgtechnologieën kunnen via ons programma de toepasbaarheid van hun technologie testen. Daar is ook financiering voor beschikbaar. Projecten die voor ons programma in aanmerking willen komen, moeten in ieder geval drie typen ketenpartners hebbben: een techpartner, een zorgpartner en een fieldlab. Dat laatste vinden we belangrijk, zodat we de lessons learned gezamenlijk kunnen benutten als regio.
Neem gerust contact op met Liduina!